Beheerderswoning, behorend bij de achterliggende begraafplaats. Het bestaat uit een hoog middengedeelte dat aan de achterzijde schuin afloopt en in het midden eindigt met een uitbouw met plat dak. De voorgevel bevat drie rondboogvensters. Aan weerszijden van het middengedeelte bevindt zich een aanbouw met plat dak. Oorspronkelijk had het achterhuis een stalfunctie en bevond zich in het voorhuis een lijkenkamer. Centraal in de voorgevel en in de aanbouwen ter weerszijden waren toegangsdeuren. (GM)