Participatie is een veelgebruikt woord. In heel Nederland en daarbuiten krijgt dit woord steeds meer betekenis en invulling. Inwoners willen graag meer invloed krijgen op zaken die hun leven soms in sterke mate bepalen. Zoals bijvoorbeeld een bouwproject in hun directe woonomgeving. Daarover willen ze op tijd geïnformeerd worden en ze willen hierover meepraten. En niet aan het einde van het project maar juist aan het begin. In de nieuwe omgevingswet van 1 januari 2024 komt er nog meer ruimte voor participatie. Van overheidsorganisaties zoals gemeenten wordt verlangd dat zij duidelijk aangeven hoe ze met participatie omgaan. Dit participatiebeleid heeft echter meer aanleidingen.

Ook het Voorster coalitieakkoord 2022-2026 'Samen beter' zet stevig in op het belang van participatie, in navolging en verrijking van de stappen die het vorige college al in gang zette.

Betrek de belanghebbenden

Het is de bedoeling om belanghebbenden zo vroeg mogelijk te betrekken bij het proces van de besluitvorming over beleid, een project of een activiteit die gaat over de fysieke leefomgeving. De plek waar mensen wonen, werken en recreëren. Want mensen moeten nog wel invloed kunnen hebben op een plan als hen gevraagd wordt om te participeren. Daarbij werken wij zoveel mogelijk van onder naar boven. Belangrijk is dat de juiste mensen aan tafel zitten. Initiatiefnemer(s), belanghebbenden en experts werken op deze manier samen aan kennisvorming. Zo voelt iedereen zich betrokken en geeft iedereen zo goed mogelijk geïnformeerd zijn of haar mening.

Kaders stellen

Belangrijk is dat van tevoren duidelijk is binnen welke kaders participatie mogelijk is. En wat ieders rol is qua inbreng in het proces. Dit om de verwachtingen duidelijk te hebben. De participatieladder helpt om participatieprocessen goed in te richten en vorm te geven. Het inzetten van de participatieladder is altijd maatwerk. Bij het afsluiten van een participatietraject is het belangrijk om een terugkoppeling te geven aan belanghebbenden.

Participatieverordening

In 2023 heeft de gemeenteraad de participatieverordening van de gemeente Voorst vastgesteld. Deze verordening bepaalt wanneer er sprake moet zijn van participatie en wanneer niet. Ook bepaalt deze verordening welke procedure er geldt wanneer participatie verplicht is, dat kan het geval zijn bij een aanvraag voor een omgevingsvergunning die niet binnen het omgevingsplan past.

De participatieladder

De participatieladder gaat uit van vijf treden. De treden gaat van een lichte tot een zeer grote rol van de participant. Bij de vijfde trede heeft een participant een grotere rol dan bij de eerste trede.

De vijf treden van de participatieladder:

  1. Informeren: informatie verstrekken, dit kan bijvoorbeeld door buren of omwonenden te informeren over een activiteit in een brief of e-mail.  
  2. Raadplegen: passief respons ophalen, dit kan bijvoorbeeld door het organiseren van een inspraakavond of door het invullen van een enquête. 
  3. Adviseren: dit kan door buren en omwonenden om advies te vragen over het initiatief. 
  4. Coproduceren: bij coproduceren wordt er bijvoorbeeld samen met de belanghebbenden een plan of visie ontworpen.
  5. (Mee)beslissen: gezamenlijk beslissen (of zelfs delegeren), Bij deze trede worden de beslissingen samen door de participanten en de initiatiefnemer genomen.

De gemeenteraad heeft in de participatieverordening bepaald dat in enkele gevallen participatie verplicht is voor initiatiefnemers. Bij een omgevingsvergunning die niet binnen het omgevingsplan past (ookwel een buitenplanse omgevingsplanactiviteit of BOPA genoemd), wordt het voor aanvragers verplicht om een participatietraject te starten.

De omvang van het participatietraject is afhankelijk van de omvang van de aangevraagde omgevingsvergunning. Bij een ‘kleine’ vergunningaanvraag, zoals het bijbouwen van een tuinhuis, is een lichte vorm van participatie al voldoende. Als de aangevraagde omgevingsvergunning echter gaat om een groter, ingrijpend project, zoals het bouwen van meerdere woningen, is een grondigere vorm van participatie nodig.

Participatietraject

De participatieverordening bepaalt dat de initiatiefnemer van een (verplicht) participatietraject een participatieplan maakt. Het participatieplan beschrijft helder en duidelijk wat de initiatiefnemer met participatie wil bereiken. Ook staat er in het participatieplan welke partijen bij het participatietraject zijn betrokken en op welke manier.

Meer weten over het participatietraject, participatieplan en participatie-eindverslag? Lees verder op onze pagina over het participatietraject.